Dries Roelvink is boos én gefrustreerd. De zanger, die onlangs werd benoemd tot ambassadeur van het 750-jarig bestaan van Amsterdam, wil dolgraag optreden in het Koninklijk Theater Carré – maar krijgt al maanden nul op het rekest.

“Ik snap er helemaal niks van,” vertelt Dries aan Privé. “Ik heb maanden geleden een verzoek ingediend, maar ik hoor helemaal niks.” Volgens Dries heeft zijn management meerdere keren geprobeerd om contact te krijgen met het theater, maar zonder resultaat.

En dat steekt. In 1995 stond hij namelijk wél in Carré met een succesvolle show. “Na zowat drie jaar bidden en smeken kan ik nu wel zeggen: ZE WILLEN ME NIET!” zegt Dries gefrustreerd.

Waarom hij wordt genegeerd? Geen idee, zegt hij zelf. “Misschien vinden ze dat ik niet bij Carré pas, of is het m’n imago. Maar zeg het dan gewoon, dan weet ik waar ik aan toe ben.”

Zelfs goede vriend René Froger probeerde een ingang te vinden bij het theater. “Ik ga wel even informeren, Dries,” zei René volgens hem. Maar ook hij kreeg geen duidelijkheid. “Hij belde terug: ik weet ook niet wat ik meemaak.”

Wat het extra zuur maakt: Dries is niet zomaar een zanger, hij is inmiddels het gezicht van Amsterdam 750. “Dan wil je toch juist je stad vieren met je eigen fans in het mooiste theater dat er is?”

Voorlopig blijft de deur van Carré gesloten voor Dries – letterlijk en figuurlijk. Maar opgeven? Dat doet hij zeker niet.

“Als ik ooit wél in Carré sta, dan zing ik het uit volle borst. Tot die tijd blijf ik gewoon vragen: waarom niet?”